top of page

Interview met Nathalie Pagie

 

Er zijn diverse documentaires op TV te zien geweest over schrijvers, hun leven en werk. Wat mij altijd bijzonder is bijgebleven is de uitzending waarin Roald Dahl centraal stond. Als hij ging schrijven liep hij de tuin in naar zijn tuinhuis. Daar installeerde hij zich in zijn grote, luie stoel; plaid over de benen, houten plank met typemachine op schoot. De schrijver die heden ten dage dat warme, nostalgische gevoel in mij losmaakt, is Nathalie Pagie. Achterin haar tuin staat een prachtig tuinhuis. Een enorm bureau domineert het vertrek. Daarop staat naast de computer en talloze beschreven blaadjes een grote kaart van Mexico, het gebied waar haar nieuwe boek zich afspeelt. Als Nathalie mij voordoet hoe zij zich installeert om te gaan schrijven in het soms koude tuinhuis met dekentje over haar benen, straalkacheltje op de pedaalemmer en iets warms voor bij haar voeten moet ik aan Roald Dahl denken.

 

“Ik ben een echte Brabantse. Geboren in Waalwijk en daar naar school gegaan. Toen journalistiek gestudeerd in Tilburg. Daarna cultuur en letteren aan de Tilburg University, de toenmalige KUB (Katholieke Universiteit Brabant). Een klein uitstapje naar Dordrecht gemaakt. Dat was niet zo’n succes. Ik wou snel weer terug naar Brabant. Breda leek me leuk. Maar ik kende daar niemand. Ik besloot toen om op een toneelclubje te gaan. Dat heb ik een paar jaar heel intensief gedaan. Dat was echt heel erg leuk. Onlangs hadden we een reünie; geweldig. Dat zouden we vaker moeten doen, maar ik heb daar gewoon geen tijd meer voor. Ik heb 2 kinderen (dochter van 10, zoon van 7) en ik ben druk met schrijven. Die ervaring heb ik later wel verwerkt in mijn eerste boek “de Toneelclub”. Dat bourgondische van Brabant bevalt me zeer. Tegenwoordig woon ik sinds 10 jaar in een huis waar de Carnavalsoptocht langs gaat. Wat wil ik nog meer! s’ Ochtends als mijn man naar zijn werk is en de kinderen naar school trek ik mij terug in mijn tuinhuis, zet de computer en de waterkoker aan en ga ik beginnen. Daar word ik niet gestoord door telefoon, internet en vage gedachten dat ik ”de was nog moet ophangen of moet stofzuigen”. Dat is mijn domein en kan ik me volledig richten op het schrijven. Mijn verhalen ontstaan bijna vanzelf. Ik heb een vaag idee waar het naar toe moet gaan, maar verder laat ik het stromen.”

 

Op mijn vraag of ze naast het schrijven nog andere betaalde werkzaamheden heeft, antwoordt ze heel beslist.

 

“Ik schrijf precies in de tijd dat mijn kinderen op school zitten. Dus tot 3 uur ’s middags en woensdag tot 12. Heerlijk om alleen maar met schrijven bezig te zijn en niet daarnaast nog een andere baan te hebben. Sinds anderhalf jaar heb ik mijn vaste baan als communicatieadviseur bij de gemeente Zundert opgezegd om me fulltime aan het schrijven te zetten. Uitgebreid eerst met mijn man overlegd (hij is ZZP-er in de financiële wereld), want de hypotheek moet ook betaald. Ik ga er vol voor; het is heerlijk om te schrijven. In Zundert hadden we een soort verloederde camping waar een motorbende zijn thuishaven had. Daar waren we als gemeente heel erg mee bezig. Dat gegeven heb ik weer gebruikt in “Rio Grande”. De sfeer in een boek vind ik heel belangrijk. En hoe je die sfeer dan gebruikt om het spannend te maken. Ik merk dat ik met elk boek beter word. Bij zo’n eerste boek doe je feitelijk maar wat; lekker proberen. Daar krijg je dan feedback op, kritieken enz. Daarnaast groei je zelf ook; je speelt met technieken. Daar wordt het beter van. Mijn uitgeverij (de Boekerij) heeft 100% vertrouwen in me en steunt me volop. Momenteel ben ik bezig met een stand alone boek, dus zonder Tara en Diego, dat zich afspeelt in Zweden. Iets heel anders. Deze zomer ga ik met de familie op vakantie naar Suriname. Wellicht dat daar ook een leuk verhaal uit tevoorschijn komt. Het is prettig om als schrijver je horizon te verbreden en nieuwe dingen te beleven die je later weer in een thriller kunt gebruiken.”

 

Wanneer ik memoreer over een vorige boekpresentatie waar Sarah van K’s Choice het eerste exemplaar in ontvangst had genomen en er ook twee liedjes zong, vertelt Nathalie hoe dat gekomen is.

 

“Tijdens mijn studie aan de KUB kon ik bepaalde keuzevakken in Canada doen. Ben ik 4 maanden naar Alberta gegaan, van september tot december, van hoogzomer tot min 30. De tijd daar heb ik verwerkt in een boek. Een van de liedjes die ik met die tijd associëer was “Not an Addict” van K’s choice. Automatisch moest dat liedje ook in mijn boek voorkomen. Niet alleen voorin als liedtekst, maar het sloeg ook heel erg op de hoofdpersoon. En toen dacht ik laat ik haar nu ook vragen om naar mijn boekpresentatie te komen. Ze woont in Amerika maar is Vlaamse en komt regelmatig naar België. Ik heb toen contact met haar manager gehad. Die zei dat ze dat heel leuk vond, maar dat ze alleen op die en die datum kon komen. Nou, ok dan: dan doen we het op die en die datum. [lacht hartelijk] Ik de boekhandel erbij geregeld (van Kemenaden in Breda). Dat was heel erg geslaagd. Ze was ook zo aardig. Zulke dingen zijn wel de kers op de taart. Je zit toch in je eentje in het tuinhuis te schrijven en dan zijn dergelijke feestelijkheden erg leuk. Het boekenbal is ook zoiets. Ben ik net geweest; was erg leuk. Je kijkt je ogen uit. Voel me dan ook vereerd om daartussen te lopen. Een mooi podium om te laten zien dat je schrijft. Je maakte net een opmerking over de omslag van mijn boeken. Mooie zomerse beelden van respectievelijk Aruba, Spanje en nu Mexico. Dat is iets wat de uitgever verzint. Dat je dan een beetje in de richting van vakantie boeken geduwd wordt, vind ik niet zo erg. Het zijn mooie voorkanten, mooie plaatjes die uitnodigen om opgepakt te worden door de mensen. De titel en de cover zorgen ervoor dat jij in een fractie van een seconde beslist of je dat boek oppakt of niet wanneer het gaat over een onbekende schrijver. Jij kan dan wel zeggen dat jij het toen niet opgepakt hebt, maar jij bent dan ook niet mijn doelgroep. [lacht uitgebreid]. Dit jaar stond er een grote boekenstand op de huishoudbeurs met telkens een auteur die signeerde. Straks de Libelle zomerweek. Daar ben ik dan bij. Ik wil graag dat mijn boeken zoveel mogelijk gelezen worden. Ik zit er niet in voor het geld. Ik wil gelezen worden.”

 

Hartelijk dank voor dit prettige interview.

Tekst en foto’s Roelant de By.

bottom of page